Zeldzame broedvogels bij onze Noorderburen

Zeldzame broedvogels bij onze Noorderburen

Deze week viel de 4de SOVON-nieuws in mijn brievenbus. Een magazine waar ik telkens reikhalzend naar uitkijk. Niet alleen verslaan de Nederlanders ons makkelijk wat betreft de dichtheid van vogels en ook vogelkijkers. Maar ze rapporteren vlot over soorten die ik wel kan appreciëren. Zo stond er deze keer een overzicht van de zeldzame broedvogels van 2020 in. En als het regent in Nederland, dan druppelt het af en toe in Vlaanderen. Dus nam ik dit met de nodige aandacht door.

Kommer en kwel

Voor een aantal soorten is het ook in Nederland niet zo rooskleurig. De opmerking ‘Er waren geen aanwijzingen voor broedgevallen van de grauwe gors’ viel mij het meest op. Voor deze soort is het dus einde verhaal in Nederland. Met de info en ondanks de grote inspanningen die door werkgroepen in Vlaanderen worden geleverd vrees ik dat we hier dezelfde mededeling ooit – denkelijk gaat dit geen jaren meer duren – kunnen neerschrijven. De grote landbouworganisaties liggen totaal niet wakker van onze ‘logo-vogel’ en bekijken hun beleid enkel met ogen vol eurotekens. De natuur zal hun echt een zorg zijn. De individuele landbouwer – ook deze die een hart hebben voor de natuur – worden opgeslorpt of uitgespuwd door deze hebzucht-spiraal van de Boerenbond.
Ook de Europese kanarie blijken in Nederland met een vergrootglas te zoeken. Maar het meeste pijn deed mij de vermelding van de zomertortel in dit overzicht. Deze soort is afgegleden van een algemene naar een zeldzame broedvogel die duidelijk ook op weg is naar de uitgang. Kerngebieden blijken nog nauwelijks voor te komen. Zuid-Limburg blijkt met 53 gemelde territoria nog een redelijke bezetting te hebben. Maar de oproep van SOVON voor inventariseerders voor deze soort is alvast geen hoopvol teken.

Winnaars

Gelukkig zijn er ook soorten die het wel goed doen. Als roofvogel-fanaat was ik dan ook blij met de melding van vier broedparen visarenden. Drie daarvan waren succesvol. Indrukwekkend waren 20 bezette nesten van zeearenden. Deze ‘vliegende deuren’ hebben Nederland duidelijk ontdekt, maar hun waterrijke land is dan ook een prima landschap voor deze soort. De derde roofvogelsoort die het prima doet is de rode wouw. Met 20 nestvondsten was het een prima jaar voor deze soort. Hier waren er 7 van in Zuid-Limburg. Aangezien de opmars ook uit de ondertussen goed gevulde oostelijke regio van ons landje komt, mag het niet verbazen dat wij in de Voerstreek een deeltje van dit succes meepikken. We zouden gerust een aantal extra vogelkijkers kunnen gebruiken die daar regelmatig mee helpen zoeken. Zwarte wouwen liften blijkbaar mee op dit verhaal met mogelijk drie succesvolle broedparen in Nederland.
Tenslotte blijkt ook de oehoe nog steeds bezig met een stevige opmars. 46 territoria met minstens 32 nesten, waarvan 19 in Zuid-Limburg, zijn aantallen waar niemand jaren geleden van had durven dromen.

Visarend (Foto Ronny Meekers)

Zuiderlingen

Dat de opwarming van de aarde af en toe toch ook goede effecten heeft blijkt ook uit dit overzicht. ‘Zuiderse’ soorten zoals bijeneters, hop, orpheusspotvogel en draaihals werden met meerdere broedparen en vaak geslaagde broedsels gemeld in Nederland. Maar de meest opvallende soort was toch zonder twijfel de struikrietzanger. Deze zuidelijke neef van onze bosrietzangers werd op 31 plaatsen druk zingend waargenomen. Hoewel er geen bewezen broedparen waren is dit mogelijk toch een eerste aanzet tot een mogelijke uitbreiding naar onze regio van deze soort.
Een soort die ook bij ons aan een stevige opmars bezig is, is de grauwe klauwier. Met aantallen van 365 broedparen (Drenthe), 37 (Twente), 110-120 (Veluwe) en meer dan 250 (Zuid-Limburg) kan je alleen maar gelukkig worden. 2020 werd zo het beste jaar in Nederland voor deze soort in deze eeuw. Bij ons in Belgisch  Limburg denk ik dat dit niet anders gaat zijn.

Bijeneters (Foto: Gert Benaets)

Zwarte reus

Tenslotte blijkt de raaf – de grote neef van onze zwarte kraai – ook in Nederland aan een verdere opmars bezig. De soort duikt op steeds meer plaatsen op met een – ondertussen mooi – bolwerk in Drenthe met minimaal 38 broedparen en Zuid-Limburg met ongeveer 20 broedparen. Maar ook meldingen uit Groningen, Amsterdam en Zeeland. Een soort die we zonder twijfel ook bij ons gaan zien opduiken. En daar ben ik alvast heel blij mee. Laat ze maar komen.

Raaf (Foto: Ronny Meekers)

Leave a Reply

Your email address will not be published.